Inleiding
Een beetje geschiedenis
Vanaf begin 11de eeuw verschenen er in zowat elk dorp windmolens, deze werden er in opdracht van een heer of een abdij uit de streek geplaatst. Door de wetten van toen mochten enkel landheren, graven, geestigen enz. een molen in hun bezit hebben. De boeren waren verplicht om hun graan daar te malen; zo werd hun huur ineens betaald door een deel van het meel achter te laten. indien je dit niet deed werden er zware boetes en straffen opgelegd.
Deze molens noemen ze banmolens. In de meeste gevallen werden deze molens verpacht aan molenaars. De molenaars mochten een deel van het graan zelf houden als betaling. Tijdens de Franse revolutie werd de banplicht afgeschaft; iedereen was vrij om een molen op te trekken en iedereen mocht in het bezit van een molen zijn. Hierdoor verschenen er extra molens in het Vlaamse landschap. Dit waren vooral windmolens die de taken van hun voorgangers de watermolens overnamen.
Levende Molens.(2016).Granen en Molenweetjes.P3